Het TraCS3-project gaat in op uitdagingen om de steun voor regionale innovatie-infrastructuur, de betere werkgelegenheid en betrokkenheid bij innovatiewaardenketens te verbeteren, de innovatiecapaciteit te vergroten om innovatie en excellentie op het gebied van onderzoek in de regio’s op te bouwen en interregionale samenwerking mogelijk te maken om de regio’s te helpen hun innovatiepotentieel voor de wereld open te stellen. Regionale innovatie-infrastructuren en innovatiecapaciteiten vormen de ruggengraat van dynamische regionale innovatieecosystemen. Om te innoveren, zijn de industrie, met name kmo’s, gedeeltelijk afhankelijk van onderzoeks- en innovatie-instellingen, hun capaciteiten om toegang te bieden tot de noodzakelijke technologische infrastructuren voor opschaling, prototyping en validatie van nieuwe oplossingen voordat zij de markt kunnen betreden. In dit verband zullen de partners zoeken naar manieren om de ontwikkeling en het gebruik van innovatie-infrastructuren te stimuleren, lacunes te vinden, kansen te zoeken om deze aan te pakken en verdere samenwerking tussen bestaande infrastructuren te ondersteunen die de innovatiecapaciteit vergroten. Om het regionale innovatiepotentieel te versterken door middel van de interregionale samenwerking, zullen de partners de mogelijkheden onderzoeken om financiële regelingen voor het EFRO-gebruik buiten het programmagebied op te zetten/verbeteren. De projectdoelstelling is het verbeteren van regionaal beleid ter ondersteuning van innovatie-infrastructuur in de belangrijkste prioritaire sectoren van S3 met een sterk innovatiepotentieel om de maatschappelijke uitdagingen aan te pakken en de interregionale samenwerking binnen en tussen opkomende en groeiende innovatieecosystemen te versterken. De partners werken gezamenlijk aan het scheppen van een gunstig klimaat voor de ondersteuning van de integratie van innovatie-infrastructuur in interregionale/internationale waardeketens en kennisnetwerken en een verhoging van de innovatiecapaciteit. De belangrijkste projectoutputs zijn: 51 interregionale leerevenementen,7 Actieplannen voor 6 EFRO- en 1 regionale beleidsinstrumenten, ten minste 14 geanalyseerde en gedeelde goede praktijken,95 mensen met een grotere beroepscapaciteit
