Het Oostzeegebied wordt doorkruist door drie kernvervoerscorridors (CNC’s), die samen het potentieel hebben om positieve effecten te stimuleren buiten de zuivere vervoerssector en buiten de onmiddellijke gebieden die zij doorkruisen. Het project is gericht op het verbeteren van de capaciteit van belanghebbenden om voordelen te plukken van de implementatie van CNC’s. De TEN-T-kernvervoersnetwerkcorridors (CNC) is een nieuw instrument van het EU-vervoersbeleid om knelpunten op belangrijke vervoersassen in heel Europa op te lossen. Het Oostzeegebied (BSR) wordt doorkruist door drie CNC’s (ScanMed, North SeaBaltic en BalticAdriatic) en een breed scala van belanghebbenden zal worden betrokken bij de gezamenlijke uitvoering. De CNC-aanpak heeft een groot potentieel om ontwikkeling te stimuleren, niet alleen in de zuivere transportsector en op het directe grondgebied, maar ook in meer afgelegen geografische gebieden, met voordelen voor de hele BSR. Aangezien dit beleidsinstrument echter vrij nieuw is, zijn de rollen, verantwoordelijkheden en gevolgen daarvan vrij onbekend, wat het succes ervan in gevaar kan brengen. Het project is gericht op het verbeteren van de capaciteit van belanghebbenden om voordelen te plukken van de implementatie van CNC’s in de BSR. Het projectpartnerschap, dat organisaties uit alle 11 BSR-landen omvat, zal gezamenlijk reageren op vastgestelde capaciteitsproblemen en zal publieke en marktspelers in de Oostzee helpen met oplossingen die hun vermogen om te profiteren van de CNC’s verbeteren, ongeacht de geografische locatie. Aangezien de behoeften en verwachtingen van de geïdentificeerde doelgroepen van het ene tot het andere gebied verschillen, zal het project de capaciteitsverhoging op twee niveaus uitvoeren: • lokaal/regionaal (om belanghebbenden in verschillende BSR-gebieden beter te verbinden met de CNC’s) en, • macroregionaal (om de strategische samenwerking in het vervoer op BSR-niveau doeltreffender te maken, met voordelen voor vervoersplanners, managers en exploitanten in de BSR-landen). Op lokaal/regionaal niveau zal het project aantonen hoe positieve CNC-overloopeffecten kunnen worden versterkt door plaatsgebonden maatregelen in verschillende ontwikkelingscontexten. Via interconnectie met de geïdentificeerde publieke en marktactoren zal het project plannen en strategieën opleveren die beleids- en bedrijfsgerichte oplossingen bevatten om: 1. begeleiden de planners hoe de CNC-investeringen te gebruiken als een impuls voor lokale/regionale groei, duurzame mobiliteit en betere logistieke diensten, 2. stimuleren slimmere en groenere logistieke ketens langs de CNC’s, 3. integreer de laatste mijl CNC-interface met de lokale/regionale transportnetwerken en het stedelijk transportsysteem, 4. zorgen voor de interoperabiliteit tussen de drie CNC’s die de BSR kruisen, 5. de economische achteruitgang processen omkeren door een betere toegang en connectiviteit tot de CNC’s. Op macroregionaal niveau zal het project de resultaten van proefprojecten opvangen en via intensieve dialoog met belanghebbenden en aanvullende analyses win-win-oplossingen uitwerken voor alle BSR-gebieden, ongeacht de afstand tot de CNC’s.
