Uit gegevens van Europees onderzoek over het leren van talen blijkt dat taalstudenten zich vooral richten op betere carrièremogelijkheden, omdat zij vreemde talen willen studeren, maar uit enquêtes blijkt ook dat een van de vaak in Europa en de wereld gebruikte talen, meestal Engels en Duits, een actieve rol speelt bij de uitoefening van vrijetijdsactiviteiten, met name Engels en Duits. Leven, dagelijks, buitenschools informeel taalonderwijs en -gebruik zijn daarom een belangrijke motivatiefactor bij het leren van talen. De ervaringsgerichte, informele methoden waarbij de leerlingen actief betrokken zijn, zijn meestal niet of moeilijk te verzekeren binnen het klaslokaal. Hoewel het voor het onderwijzen van vreemde talen in het middelbaar onderwijs van fundamenteel belang zou zijn dat naast de ontwikkeling van communicatieve competenties ook het leren van de doeltaalcultuur moet plaatsvinden, is de belangstelling van de leerlingen voor de vreemdetaalcultuur vaak moeilijk te accepteren, niet alleen vanwege tekortkomingen in de taalvaardigheden van de leerlingen, maar ook vanwege hun motivatie. De toepassingskaders van de Universiteit van Pannonia zouden het mogelijk maken het onderwijs van taallessen in de relevante middelbare scholen van de regio Midden- en West-Transdanubië uit te breiden met aanvullende niet-formele mogelijkheden, effectieve ervaring pedagogische methoden en een breder gebruik. Taalonderwijs, dat wordt overgebracht naar de doelgroep, d.w.z. leerlingen van de middelbare en professionele grammaticaschool in 9-13, leraren vreemde talen dichter bij hun leeftijd, door ervaring met pedagogische instrumenten en door uitgebreid gebruik te maken van technische mogelijkheden (bv. e-learning, interactief elektronisch leermateriaal, demonstratie) is succesvoller in het aantrekken van de belangstelling van middelbare scholieren voor het leren van talen en het ontwikkelen van hun taalcompetenties. Een van de belangrijke voordelen van de toepassing is de verspreiding van niet-formele vormen van buitenschools taalonderwijs (bv. taalspecialisten, groepen studenten, taalkampen, sessies voor het leren van vreemde talen) en de uitvoering van programma’s ter ondersteuning van de kennis van de doeltaalcultuur. Het vergelijkend onderzoek omvat twee soorten activiteiten die gericht zijn op het leren van vreemde talen: enerzijds worden wekelijkse niet-formele taalsessies (2x60 minuten per week) gehouden op middelbare scholen die aan de consortiumpartner worden toegekend, en aan de andere kant taalkampen (24 uur per week). Studenten die betrokken zijn bij taalonderwijsactiviteiten in het kader van de aanvraag worden geselecteerd door middel van een professionele screening, hun voorbereiding is gebaseerd op deugdelijke methoden en de effectiviteit van hun werk wordt geëvalueerd en ondersteund door mentoren van middelbare scholen en docenten in universitaire talen van beide kanten. De uitvoering van het voorstel is in overeenstemming met de eerste investeringsprioriteit van EFOP-prioriteit 3 inzake groei in kenniskapitaal (thematische doelstelling 10), waarvan een van de doelstellingen is de gelijke toegang tot kwaliteitsonderwijs in het basis- en voortgezet onderwijs te bevorderen. Aangezien vanaf 2020 een verifieerbaar niveau van talenkennis een voorwaarde is voor toelating tot het tertiair onderwijs, kan een driejarig project worden overwogen om de voltooiing van succesvolle gevorderde baccalaureaten en/of B2-examens voor secundaire talen te vergemakkelijken. Daarnaast zal in het kader van het project de methodologische opleiding van opvoeders van middelbare scholen worden uitgevoerd, met als doel hun toolkit uit te breiden met ervaringspedagoog en niet-formeel onderwijs. De 60-uurs opleidingen die worden aangeboden door het Teacher Training Centre van de Universiteit van Pannonia zorgen voor de mogelijkheid om taalpedagogiek te ontwikkelen voor mentordocenten van de middelbare school die de professionele supervisie uitoefenen op het beoefenen van universiteitsstudenten, vertrouwd raken met en toepassen van de laatste onderwijstrends in het klaslokaal.