Het doel van het project is bij te dragen tot de sociale inhaalslag van kansarme gemeenschappen die in een gescheiden leefomgeving leven, extreme armoede en de bevordering van integratie in onderwijs, sociale, economische, arbeidsmarkt, gezondheids- en gezondheidsontwikkeling, en negatieve economische, sociale en demografische ontwikkelingen in plattelandsgebieden in verband met migratie en ontvolking een halt toe te roepen en om te keren. De mijlpalen van de faciliteit zijn het bereiken van een doeltreffende dialoog tussen de programma’s en hun beperktere en bredere omgeving — door bevordering van de actieve participatie van Romavrouwen, de professionele bevordering van hun gemeenschappen en hun maatschappelijke organisatie — en de kwalitatieve verandering van de samenhang tussen Roma en niet-Roma’s door het creëren van uniformiteit bij de uitvoering van de verschillende lokale en territoriale programma’s en het wederzijds leren en de uitwisseling van ervaringen tussen de programma’s („netwerken”) en tussen hen onderling; — ontwikkelen van de professionaliteit van casemanagement die op uniforme basis is vastgesteld bij de werkzaamheden van de nederzettingen, waarvan de praktijk moet worden geïntegreerd in de werkzaamheden van het lokale socialebijstandsstelsel; — de systematische handhaving van de resultaten van de afzonderlijke territoriale programma’s wordt gerealiseerd. — Gemeentelijke leiders, ondertekenaars van samenwerkingsovereenkomsten — TOP en VEKOP stedelijke rehabilitatieteams, maatschappelijk werkers, casemanagers, start-up assistenten. — Minimaal 110 management, professionele managers, maatschappelijk werkers en ondersteunend personeel dat EFOP afwikkelingsprogramma’s uitvoert. — 50 werknemers in dienst van ervaringsdeskundigen. — De beroepsbeoefenaren die betrokken zijn bij het proces van sociale integratie en samenwerking in de sociale sector (gemeenten, werkgelegenheid, gezondheidszorg, sociale en kinderbeschermingsinstellingen, kerkwerkers en werknemers). — Vertegenwoordigers van lokale maatschappelijke organisaties, vertegenwoordigers van nationale regeringen, Roma en niet-Roma-vrouwenoverkoepelende organisaties. Voor jongeren van 16 tot 55 jaar zonder onderwijs (of verouderd onderwijs) en voor volwassenen, werknemers uit sectorale samenwerkingsregelingen (gemeenten, werkgelegenheid, gezondheidszorg, sociale en kinderbeschermingsinstellingen); vertegenwoordigers van lokale maatschappelijke organisaties.) De indirecte doelgroepen van het project zijn: — Roma-personen die deel uitmaken van het nederzettingsprogramma in cumulatief benadeelde nederzettingen, waarvoor bijzondere aandacht moet worden besteed tussen 16 en 55 jaar, voor wie een individueel/gezinsplan wordt opgesteld. — Managers en medewerkers van andere projecten die gelijktijdig en synergetisch worden uitgevoerd. — Studenten van lokale en nabijgelegen middelbare scholen om vrijwilligerswerk te starten om „gewoon” te worden. — Lokale, regionale en nationale maatschappelijke organisaties die als overkoepelende organisaties kunnen worden betrokken bij het ondersteunen en vervolgens in stand houden van vrouwenngo’s. Professionele ondersteuning voor de doelgroep: — Continue professionele ondersteuning van complexe plantenprogramma’s. — Ontwikkeling van de territoriale samenwerking met het oog op de uitvoering van kwalitatief hoogwaardige projecten en vervolgens de uitvoering van onderhoudstaken — Oprichting van een forum voor toezicht op de beleidsverwachtingen en -resultaten, — Gebruik van ervaringsdeskundigen om te zorgen voor de acceptatie van complexe vestigingsprogramma’s, zowel onder de bewoners van het gebied als voor de plaatselijke bevolking. — Organisatie van professionele programma’s met goede praktijken die gericht zijn op samenwerking en kennisdeling voor de uitvoerders van complexe nederzettingsprogramma’s — Bevordering en ondersteuning van maatschappelijke organisaties die zijn opgericht als speciaal instrument van het complexe vestigingsprogramma met als doel de participatie van Romavrouwen in de samenleving te vergroten, opleidingen en voorbereidende programma’s te ontwikkelen en te organiseren: — Verdere ontwikkeling van een uniforme inhaalmethode op basis van algemeen aanvaarde professionele normen op basis van eerdere ervaringen en goed functionerende beste praktijken, die op nationaal niveau worden uitgebreid en nieuwe professionele praktijken verzamelen en valideren. — De ontwikkeling van opleidingsprogramma’s voor de voorbereiding van specialisten, maatschappelijk werkers, casemanagers en het beheer en de professionele uitvoering van complexe installatieprogramma’s, die activiteiten van het type aanwezigheid uitvoeren en bestaande verder ontwikkelen. — Ondersteuning voor de professionele uitvoerders van complexe plantenprogramma’s door middel van opleiding, permanente professionele ondersteuning, deskundige ondersteuning, begeleiding, gezamenlijke evenementen, uitwisseling van ervaring. — De competentieontwi...